Zeer geslaagde schaaktraining voor SV Krimpen
Het bestuur van onze schaakvereniging SV Krimpen bedenkt en organiseert regelmatig nieuwe activiteiten voor de leden van de vereniging. En terecht, want wil je in deze tijd overleven, dan kun je niet simpelweg blijven doen wat je al bijna 90 jaar doet: een schaakavond in de week organiseren. De vereniging moet aantrekkelijk worden c.q. blijven voor nieuwe leden, waaronder in het bijzonder nieuwe jeugdleden.
En voor ons ouderen? werd er dan gevraagd. Ook daar heeft het bestuur een antwoord op (naast de organisatie van schaakontmoetingen op de vrijdagmiddag en vrijdagavond). Wellicht mede in aanmerking genomen de soms magere resultaten van verschillende teams in de externe competitie, startte onze voorzitter en clubkampioen Peter Glissenaar een ‘pilot’ schaaktrainingsavond. Een moedig en nuttig initiatief. Moedig, want schaaktraining geven zijn we wel gewend voor de jeugd, maar niet voor ouderen en dat is helemaal niet zo makkelijk. Nuttig, want we kunnen wel wat versterking in speelsterkte gebruiken. En er zijn gelukkig altijd wel individuele spelers die de ambitie hebben nog wat beter te gaan presteren op het schaakbord.
Met een tiental deelnemers van uiteenlopende speelsterkte en een consumptie ging de training van start. Peter had de avond uiteraard goed voorbereid en een programma met enkele facetten van de onderdelen opening, middenspel en eindspel bedacht.
Bij de opening gaat het hem uiteraard niet om allerlei variante te tonen, maar om wat te doen met de pionnenstructuur die in sommige openingen een belangrijke rol speelt. Dit keer over de pionnenformatie met d4 en e5 van wit en d5 en e6 van zwart, wat bijvoorbeeld in de doorschuifvariant van het Frans voorkomt. Niet alleen hoe zwart dit moet behandelen, zoals hij zelf graag speelt, maar hij besprak ook een voorbeeld hoe wit hiermee een aanval kan inzetten. Veel leerzamer dus dan openingsvarianten.
Voor het middenspel is nog veel meer aan te dragen, maar Peter koos voor deze avond voor één thema: mogelijkheden om met pionzetten de activiteit van een vijandelijk stuk (vooral paard en loper) te beperken en daardoor zelf meer vrijheid van handelen te verwerven. Hij illustreerde dat met een reeks van voorbeelden, steeds vanuit een computerprogramma via een beamer geprojecteerd op een scherm en door alle deelnemers goed te volgen.
Ook het onderdeel eindspel was interessant. Peter had gekozen voor koning+ dame tegen koning+pion op punt van promotie. Zelf dacht ik deze theorie wel te kennen – de rand- en ‘loper’-pion maken remise door een patstelling te kweken, de pion op een andere rij verliest. Maar de theorie blijkt veel rijker. Er zijn nogal wat uitzoneringssituatie waar het toch weer anders is. Zelfs een internationaal meester liet eens zien dat hij die uitzonderingen niet kende, met gevolgen. Ik heb er de eindspeldeeltjes van Euwe (meer dan 50 jaar oud!) nog maar eens op na geslagen en inderdaad hoort dat allemaal bij de theorie van dit soort eindspelen. Ook voor wie de theorie meent te kennen zeer leerzaam!
Krijgen we hier meer van? Ik zou het toejuichen en kan het zeker aanbevelen.
